vrijdag 2 mei 2008

Bijeengezochte informatie rond loonkost en BNP (BBP) (februari 2002)

De loonkoststijging (of -daling)[1]

Het BNP (of BBP: bruto binnenlands produkt) is de afkorting van Bruto Nationaal Produkt. Het is de totale geproduceerde rijkdom (uitgedrukt in de marktprijzen voor produkten en diensten) van een land. Voor het grootste gedeelte is het resultaat van de produktieve arbeid van de arbeiders en arbeid toegevoegd aan de produktie (in de vorm van diensten) door bedienden.
Deze diensten en produkten eenmaal geproduceerd of tot stand gekomen zijn het eigendom van de kapitalisten en worden door hen verkocht en het geld door hen opgestreken.
Als men de vergoeding van de arbeidkracht, het loon, ervan aftrekt, dan heb je een idee van de meerwaarde tot stand gekomen in Belgie.
Natuurlijk is het BNP min loonmassa niet de echte marxistische meerwaarde, maar het geeft toch een idee.
De evolutie van het aandeel van de loonmassa in het BNP geeft een idee van de ontwikkeling van de klassenstrijd, of juist h
et toegeven door de kapitalisten om het afkopen van de klassenstrijd, het bestaan van het reele socialisme in de nabijheid, maar ook het toenemen van de uitbuiting, de inleveringen, besparingen en het toelaten hiervan doordat het reformisme in de hoofd van de mensen zit ofwel door een toenemende concurrentie onder werkers of het wegvallen van de Soviet Unie.
De evolutie van het BNP geeft een idee van de ontwikkeling van het kapitalisme, het toeslaan
van de krisis, enkele conjuncturele
oplevingen, maar tocht het niet overwinnen van de strukturele krisis.

1. Het aandeel van de loonmassa in het BNP stijgt tot in `80, waarna het definitief afneemt om nooit meer zover te stijgen. Even nog een kleine stijging in 89-90, toen een conjuncturele stijging en een daling van de werkloosheid. Maar na de val van de Muur zet de daling zich weer in.(zie figuur 1 -figuur aanklikken)

2. Het BNP stijgt steeds, maar de mate van stijging veranderd. In `74 had het de grootste stijging, die het daarna niet meer heeft gekregen. Het is zelfs zo dat de jaarlijkse stijging eigenlijk afneemt ieder jaar.(Als je het bekijkt over een lange periode. Het kapitalisme is in een strukturele krisis sinds 74 en geraakt daar niet uit. (Zie figuur 2 - figuur aanklikken)

3. Op enkele pieken na zou je kunnen zeggen dat de stijging van de loonmassa toenam tot in 73-74 en daarna weer afnam. In `82 en enkel jaren daarna (tot in 84 denk ik) had je indexinleveringen: je ziet de stijging afnemen.(zie figuur 2) De hausse 87-89: er zijn ineens veel werkkrachten nodig, dat verklaart die plotse, een eenmalige stijging in 86. Na 89 komen er weer besparingen. Wanneer was de verandering van de maandelijkse berekening naar de 4-maandelijkse berekening van de index? Wanneer was de invoering van de gezondheidsindex?

4. Als de hoogte van de loonkost overeenkomt met de mate waarmee de kapitalist(en) in staat zijn om meer of minder onbetaalde arbeid toe te eigenen en dus een groter of kleiner deel van de gerealiseerde arbeid te vergoeden (dit hangt dan af van de ontwikkeling van de krachtsverhoudingen tussen arbeiders klasse en kapitalisten) dan zou je kunnen zeggen dat de loonkost in Belgie het hoogst was in 80 en nooit meer zo hoog is geweest. Sinds 80 zou je zo kunnen zeggen dat de loonkost DAALT.(figuur 1)
De`patronale lasten`

Patronale lasten worden uitgedrukt in een percentage ( bv 35%) bovenop het Brutoloon( of het brutoloon maal 1,08?) Zo uitgedrukt lijkt het alsof je naast de `loonkost` nog een aparte extra loonkost (ofwel extra belasting ) ten laste van de werkgever.
Maar in de jaarbalansen en economische vakliteratuur wordt het geheel van loon(met werknemersbijdrage en belasting die de werknem
er moet betalen) EN patronale lasten TERECHT als totale LOONKOST weergegeven. `Patronale lasten` zijn dus een deel van het loon van de werknemers dat in een collectieve pot komt en weer terug komt naar de werknemers als de uitgaven van de Sociale Zekerheid:dop, pensioen, terugbetaling medische kosten..... Als je die Patronale Lasten zien als een DEEL (uitgedrukt in percent) van het TOTALE loon dan komt die 35% aan het begin overeen met 26%

Hoe evolueren die `patronale lasten` in de tijd?
Er is een stijging geweest van ongeveer 14% naar ongeveer 20% tussen 82 en 92. (Zie 'pl' op figuur 3 -figuur aanklikken) Maar we zagen dat de loonkost in ongeveer dezelfde periode DAALDE. Dus die stijging van patronale lasten betekent geen MEER kosten voor de kapitalist, maar in feite dat het aandeel `patronale lasten` ten opzichte van het Brutoloon steeg en dat het brutoloon (en dus het nettoloon) nog harder daalde dan de totale loonkost.
Die patronale lasten is een van de drie inkomstenbronnen van de Sociale Zekerheid: de andere twee zijn de zogenaamde `werknemersbijdrage`(maar ook de `patronale lasten` zijn ook een deel van het werknemersloon) en de staatsbijdrage. De staatsbijdrage wordt betaald uit de pot `inkomsten` en dus het belastingsgeld.

Belastingen

Als we de totale
massa van betaalde (of door de staat ontvangen) belastingen bekijken dan valt op dat het grootste deel bestaat uit `persoonsbelasting` ( dus weer `ons loon`) En een klein deel `vennootsbelasting` (zie figuur 4, -die moet ik nog zoeken, NICO) Officeel 40% van de winst, maar ja......

Dus `daling van patronale lasten` is in feite een loondaling.

En daling van de rechten op Sociale Zekerheid betekent dat het
deel van de Sociale Zekerheid toegeigend wordt door de kapitalisten (via hun staat) Dus komt er minder loon collectief terug naar de werkers. Dus is een afbraak van de Sociale Zekerheid OOK een vorm van loondaling.
En ons nettoloon is in feite nooit gestegen.....
Waarom spreken de kapitalisten dat er iets moet gebeuren aan de stijging van patronale lasten en de stijging van de loonkost?

Ideologische aanval

De aanval op het loon van de arbeiders is veelomvattend, goed voorbereid en komt van verschillende kanten. Dit is zo omdat het cruciaal is voor de kapitalisten om hun bestaan van hun maatschappij te kunnen bestendigen in deze tijd van wereldomvattende crisis.

Eigenlijk kun je de hele `federalisering` van Belgie, de uitbouw van Europa, de globalisering zien als (naast het uitbouw van staatsapparaat aangepast aan de noden en wensen van de kapitalisten in hun concurrentie onderling) als 1 grote aanval op het loon.

De wet op het concurrrentievermogen, de norm van Maasstricht, de richtlijnen voor privatisering, afbraak van sociale zekerheid, de neerwaartse loonspiraal ( door de analise in elk land van de loonkost in vergelijking met de `omringende` landen, de studies van de respectievelijke Nationale Banken en Planburos, waarbij over loonkost wordt gesproken als een percent van.....(iets) en daardoor ondanks reele dalingen of zelfs onveranderlijkheid men loonkosten in de vorm van percenten kan laten stijgen en dalen naar behoefte)

Toch een voorbeeld

We kunnen in de tegenaanval gaan tegen de aanval op het loon (door vergelijking met de `ons omringende landen`. Door een analise te maken van de waarde van de arbeidskracht, door te analiseren wat de basisbehoeftes vormen voor een min of meer levenswaard leven, en van de hoogte en evolutie van de loonmassa( tegenover bv het brutto nationaal produkt of de totale brutto toegevoegde waarde van alle bedrijven in het land......) en de samenstelling van het totale loon, de totale vergoeding voor de arbeidskracht, kan men ook door vergelijking `van de ons omringende landen` de strijd in Europa ontwikkelen voor een rechtvaardige vergoeding van de arbeidskracht, de strijd voor de omgekeerde loonspiraal. Een onderdeel van het onderzoek naar `het loon` is volgens mij ook een studie naar de ontwikkeling `in de ons omringende landen` van staatsbedrijven en overheidsdiensten die `gratis` of `goedkoop` diensten vershaften bekostigt door persoonsbelasting en belasting op winsten. De mate van privatisering, de vermindering van belasting en daardoor (als het nettoloon gelijk blijft) de verminderde `loonlast` voor de bedrijven, geeft een beeld van de loondaling in dat land. …

Het aanklagen van de uitbouw van Europa, regeringsmaatregelen, de logika die het patronaat hanteert, gebeurt volgens mij te oppervlakkig. Het is inderdaad zo dat het gemakkelijk is concrete gegevens en cijfers te vinden (nu met internet) waarmee je allerlei uitspraken van politici
kan weerleggen, het effect van geplande maatregelen kan becijferen. Hierdoor lijkt een echt marxistische en globale analyse schijnbaar overbodig is. Maar wil je echt de arbeiders wapenen, wil je ze echt laten zien wat de tactiek van de kapitalisten is, hoe het imperialisme werkt en hoe Europa een staatsmachine is in dienst van de kapitalisten, dan moet je dieper graven.
Ik bestelde, gratis, via Internet de `Economische vooruitzichten 2001-2006.` Je
kan datzelfde boek via Adobe-reader raadplegen op Internet....
Hierin staat duidelijk (volgens mij, economische leek) op welke manier en hoe ingrijpend men de uitbuitingsgraad verder gaat opdrijven (en het loon - de vergoeding voor de verkoop van de arbeidskracht- gaat doen dalen)
Enkele citaten: ` ... Zoals steeds houdt de basisprojectie enkel rekening met beleidswijzigingen die vaststaan en concreet zijn. Zij bevat dus niet de verdere structurele bijdrageverminderingen die het regeringsakkoord voorwaardelijk in het vooruitzicht stelt voor 2002.....(..)

De totale structurele verminderingen (zie tabel op p 60) bedroegen ex ante 91,4 miljard in 2000 en zouden nog toenemen met 44 miljard over de projectieperiode, waarvan 15 miljard in 2001 (...) Op kruissnelheid ( in 2005) zou via die maatregel jaarlijks 135 miljard bijdrageverminderingen toegekend worden....`[2
Het gaat hier dus (volgens mij) over de `patronale lasten`.
Het plan zit zo slim ineen dat de Sociale Zekerheid zelfs geen tekorten gaat hebben door die bijdrageverminderingen! Het effect van vroegere maatregelen in de S.Z. zetten hun effect in de toekomst verder, plus komen er nog een aantal `secundaire `besparingen. Zelfs met de enkele kruimels die Vandebroucke rondstrooit erbij, DALEN de uitgaven van de S.Z.

`De primaire uitgaven van de sociale zekerheid vertragen over de periode 2001-2006 met 0,8% van het bbp, waarvan 0,4 voor werkloosheid, 0,3 voor pensioenen, 0,3 voor kinderbijslagen, terwijl de uitgaven voor geneeskundige zorgen toenemen met 0,3 procentpunt van het bbp....
Die vertraging volgt gedeeltelijk uit de gestelde hypothese van constant beleid: buiten de bovenvermelde selectieve verhogingen wordt er niet vooropgesteld dat welvaartsaanpassingen aan de uitkeringen worden toegekend. De loonplafonds bij de berekening van de werkloosheidsvergoeding en de ziekte- of invaliditeitsvergoeding worden enkel geindexeerd volgens de prijsevolutie, uitgezonderd de eenmalige verhoging van het loonplafond voor werkloosheid vanaf 2002.
De socialezekerheidprestaties, die voor het overgrote deel bepaald worden door een eigen interne dynamiek die in het verleden is afgeremd door structurele besparingsmaatregelen[3], vertragen des te sterker ten opzichte van het bbp in de mate dat de groei gerealiseerd wordt met bijkomende tewerkstelling..[4].

Zo heeft de Sociale Zekerheid zelfs overschotten! En waar gaan die voor dienen....?
Op p. 68: `Het `wetsontwerp..... tot oprichting van een Zilverfonds` voorziet dat de inkomsten van dit fonds worden geput uit......,... overschotten van de sociale zekerheid,.....`
Dus er is een `loondaling` die kontinu zal toenemen (bijdragevermindering), er zijn strukturele maatregelen, waaronder die die in het verleden reeds genomen zijn, die zorgen dat de uitgaven voor de Sociale Zekerheid verminderen (o.a. niet welvaartvastheid van pensioenen). Zo wordt het noodzakelijk dat men zich inschrijft in een pensioenfonds om toch nog een zeker pensoen (misschien.....) te hebben. Die pensoenfondsen, zoals het Zilverfonds verschaffen de kapitalisten kapitaal voor hun aandelen....

Zo zie je maar hoe de kapitalisten de `loondaling`( waar Marx het over heeft) plannen.


[1] De grafieken zijn op basis van cijfers uit publikaties van het Federaal Planburo (www.plan.be) of dat van het NIS (Nationaal Instituut voor de Statistiek)

[2]Ecomomische Vooruitzichten 2001-2006, Federaal Planburo, www.plan.be., p. 59.

[3]Zie hoofdstuk D in de Economische Vooruitzichten 1999-2004.

[4]EV2001-2006...,p.86.

Geen opmerkingen: